Gewa naar Bewaarder


Het verhaal van een Gestichtswachter

Zoals zo velen reageren op een advertentie in de krant, "Gestichtswachter" wat is dat nu voor een baan. Toch maar even lezen, belast met de buitenbewaking van een aantal inrichtingen van Gevangeniswezen en Psychopatenzorg en begeleiden met transporten van gedetineerden. Jonge mannen tussen de 20 en 30 jaar, bij voorkeur ongehuwd. Het Korps Gestichtswacht biedt promotiemogelijkheden binnen het gevangeniswezen. 

 

Voorlichtingsbijeenkomsten in het verenigingsgebouw van Veenhuizen en op vele andere plaatsen in Nederland. Per bijeenkomst was 100 man geen uitzondering. Sollicitaties te richten aan de Commandant van het Korps Gestichtswacht te Veenhuizen.

 

1980 op sollicitatiegesprek in Veenhuizen, de Marechausseekazerne waar ik ondervraagd werd door de Commandant van het Korps Gestichtswacht. Een wereld die ik niet kende, ik was niet in militaire dienst geweest. Wat mij na 37 jaar nog in het geheugen staat is dat de Commandant zei, ik weet niet of wij wel met u in zee gaan. U sport niet in groepsverband en heeft geen militaire opleiding genoten. Wij gaan in beraad en u hoort van ons. 

 

Twee maanden later stond ik in het oude Hospitaal aan de Hospitaallaan waar het kledingmagazijn was. Mijn uniform en sportkleding werd aangemeten, met volle bepakking ging ik naar de GEWA kazerne een paar honderd meter verder waar mijn kamer en bed stond. Het avontuur is begonnen, de opleiding tot Gestichtswachter. 

 

Voor het eerst van mijn leven op een slaapzaal van tien bedden, vreemd luchtje zo na een paar nachten met tien man op de kamer. Maar dat went ook wel, veel sporten en naar de schietbaan was een uitje. Drugscursus en veiligheidstechnieken en dan de mat, zelfverdediging met een judo pak aan. Er was ineens een "Boer platje", werd die naam genoemd dan wist je dat wordt weer 10 km hardlopen.  

 

Na acht weken opleiding kwam de officiële beëdiging, in vol ornaat werd je beëdigd als ambtenaar van Justitie. "gehoorzaamheid aan de wetten van den staat- dat ik de mij opkomende taak met ijver en nauwgezetheid zal vervullen en de bevelen van degenen, die "boven mij gesteld zijn, getrouw zal opvolgen-dat ik alle misbruiken," welke door mij in de waarneming van mijn ambt mochten worden ontdekt, "ter kennis zal brengen aan wien boven mij gesteld is. Voorts zweer (verklaar) ik, dat ik om mijn ambt te verkrijgen, aan niemand iets beloofd of gegeven heb."

 

"Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig."

("Dat beloof ik en verklaar ik.")  

 

Duidelijk is voorgelezen en die daarna in mijn handen die eed (belofte) heeft afgelegd. En is hiervan opgemaakt dit proces-verbaal, dat door mij en de beëdigde is ondertekend.

 

De beëdigde/ De Commandant van het Korps Gestichtswacht

 

Met de opleiding en beëdiging op zak reisde ik af naar Den Haag, bestemming Strafgevangenis Scheveningen aan de Pompstationsweg 14. Met een koffer vol dienstkleding en privékleding arriveerde ik voor de indrukwekkende poort, het leek wel een kasteel. Na een introductie en rondleiding door de strafgevangenis van een brigadier van het Korps Gestichtswacht kreeg ik het pension "Nassau" toegewezen om na de diens te kunnen overnachten. Een herenhuis waar ruimte was voor wel twintig mannen. Een dame had overdag toezicht in het pension. Er stond een grote koelkast in de kamer waar het beleg voor de ochtend in lag. Voor de rest lag er alleen maar flesjes bier koud te worden. De tijdelijke huisvesting was bedoeld voor externe medewerkers, het werkschema was tien dagen op vier dagen thuis. 

 

Daar sta je dan in de strafgevangenis van Scheveningen ver van huis. 

Een immens groot gebouw PI Haaglanden met verschillende inrichtingen, zoals het gevangenis-ziekenhuis, een Huis van Bewaring, een jeugdgevangenis "De sprang", Penitentiair selectiecentrum (PSC), Centraal Wervings & Opleidings Instituut (CWOI). De bunker was een soort flatgebouw in een gebouw. Met de lift ging je naar de afdelingen waar de zware jongens verbleven. Tijdens de nachtdiensten was dit altijd weer een beproeving. De lift mocht je niet gebruiken dus trappenlopen. Iedere afdeling moest je bezoeken en kijken of alles "veilige was". Dan was het weer tijd om een tijdje op de schiettoren plaats te nemen. De schietpost was een plaats boven op een buitenmuur welke 24 uur bemand was en voorzien van een karabijn. De toegang ging via een luik dat alleen van binnenuit te bedienen was. Op de schietpost had je een goed overzicht van het grote complex. Hier leerde je observeren en vooral geduld hebben, tot je werd afgelost om naar de volgende post te gaan.

 

Gestichts(wachter) wachten op wat komen gaat. Posten als portierdiensten, interntransport met gedetineerden of het bevoorraden van de Gewa pensions, ziekenhuisbewaking, toezicht bezoek, arbeid, luchten waren de kerntaken. Er was een contante stroom nieuwe Gewa's uit de opleiding en soms waren er meer Gewa's dan posten te bezetten, vaak liep je met twee man op een post. Dit had een voordeel om met zo veel personeel te werken, er kon iedere dag gesport worden. Er was een oude kerkzaal die beschikbaar was om te sporten, daarnaast was de buitensport geen straf. Je liep zo de duinen in en via het naaktstrand van Scheveningen weer terug naar de bajes. Na de dienst vaak richting strandtent "Veronica", waar het goed vertoeven was. Een mooie tijd om naar terug te kijken, waar collegialiteit en vriendschap hoog in het vaandel stond. 

 

Op detachering

Als gestichtswachter werd je ook geacht om flexibel te zijn. In de jaren begin 1980 was er veel ziekteverzuim in het gevangeniswezen van Nederland. Ik neem als voorbeeld het Huis van Bewaring Rotterdam "Noordsingel". Mijn eerste detachering voor tien dagen en je werd ingezet als bewaarder in het cellencomplex. Zonder gedegen opleiding werd je voor de leeuwen geworpen. Bij aankomst in de "Noordsingel" werd ik bij de portier opgehaald door een bewaarder. Deze man begeleide mij naar het cellencomplex en daar aangekomen kreeg ik een bos sleutels in mijn handen gedrukt. Ik keek de beste man aan en voordat ik wat kon zeggen zei hij tegen mij: "zie je die tweede etage, daar mag je vandaag werken. Er zijn veel bewaarders ziek dus je moet je maar redden daar. Wanneer je een belsignaal hoort moet je cellen opdoen zodat gedetineerden naar een activiteit kunnen gaan. Er ligt wel een lijst op de etage wie waar en wanneer naar toe moet. Succes, ik moet je nu alleen laten want ik moet naar de inkomstenafdeling.

 

Zogezegd zo gedaan op naar de tweede etage. Tja en nu, mijn eerste keer op een etage met wel 30 cellen en daar was het eerste signaal al. Een bewaarder die op de eerste etage liep zei "haal de reiniger er maar uit en vraag die maar of hij jou wil helpen die man zit hier al een tijdje en die weet precies wat er moet gebeuren op de etage". Op zoek naar de reiniger, op een kaartje wat aan de buitenkant van de celdeur zat kon ik zien wie de etagereiniger was. 

 

De celdeur open en de gedetineerde keek op en zei hebben ze alweer een nieuw blik Gewa's opengetrokken. Hij lachte en zei "ik zal je wel laten zien wat er moet gebeuren". De verbazing kon hij vast wel aflezen van mijn gezicht. De tien dagen vlogen om en met de reiniger aan mijn zij verliep het dagprogramma naar behoren. Weer een nieuwe ervaring rijker. Dit was dus wat onze majoor Eleveld bedoelde, flexibel zijn en inspelen op iedere situatie. De vuurdoop heb ik gehad en achteraf een leerzame ervaring om met gedetineerden te werken. Regelmatig werden gestichtswachters gevraagd om op detachering te gaan en werden ingezet als bewaarder in een van de gevangenissen van Nederland.

 

 

Tijdens mijn loopbaan bij het Korps Gestichtswacht heb ik vele detacheringen gedaan in gevangenissen zoals: Rotterdam, Amsterdam, Zutphen en Almelo. Een detachering was altijd tien dagen en meestal begon je op je vrije weekend. Werkdagen van 07:00 tot 22:00 waren geen uitzonderingen. Vijftien uur per dag was de regel, er was toen nog geen arbeidstijdenwet. Het was goudgeld verdienden in die tijd. Overnachten werd gedaan in het dichtstbijzijnde hotel of je sliep bij een collega. Eten deed je in de bajes, er was altijd een extra hap over. Hetzelfde eten wat de gedetineerden kregen en dat was meestal wel te eten. Telkens wanneer de lijst van detacheringen bekend werd gemaakt was het dringen om je in te schrijven voor een detachering in het land. De detacheringen waren erg gewild bij de gestichtswachters, de ruime vergoedingen maakten de lange werktijden weer goed. Een extra maandsalaris was geen uitzondering.  

 

De overstap naar Gewa, Bewa naar PIW'er

De officiële naam binnen de Nederlandse Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) is penitentiair inrichtingswerker (piw'er), in de volksmond was het "Gevangenbewaarder" of "Cipier" Deze functionaris begeleidt gedetineerden tijdens hun detentie. Begin 1985 begon ik als piw'er in het Huis van Bewaring Leeuwarden. De Gewa tijd was meestal een aanloop om als "Cipier" te gaan weken in een Huis van bewaring of een gevangenis ergens in Nederland. Bij de opleiding als Gestichtswachter kon je een "standplaats" opgeven waar je uiteindelijk je verdere loopbaan kan uitdienen. In 1984 werd het korps Gestichtswacht opgeheven en ik werd de naam Gewa omgezet naar Bewa. 

 

Een Bewaarder (Bewa) is een functionaris die belast is met toegangscontrole, uitgangscontrole, controleren en registreren van legitimatiebewijzen, het zoeken naar contrabande bij bezoekers, signaleren van en alarmeren bij onveilige en verdachte situaties, toezicht houden op het transport van gevangenen van en naar bezoek-, werk- of sportzalen, en het beheer van sleutels en portofoons. Van deze overgang heb ik niet zo veel gemerkt, omdat ik al bezig was met de gedachte aan mijn nieuwe standplaats. Mijn standplaats was Leeuwarden en zo stapte ik over naar het PIW'er vak, een heel ander beroep en als jonge man weer een nieuwe uitdaging. Mijn verhaal gaat verder in het Huis van Bewaring in Leeuwarden.